Hoe zorg ik ervoor dat mijn dier slank blijft

De beste oplossing voor zwaarlijvigheid is nog altijd overgewicht voorkomen.  Ideaal zou zijn dat elke hond of kat precies de juiste hoeveelheid voeding krijgt, die aansluit op zijn fysieke conditie en activiteitsgraad.

Jammer genoeg lijdt een hond en kat op vier aan overgewicht en is zwaarlijvigheid aan een echte opmars bezig.

Overgewicht kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid van de hond en de kat.  Het maakt het dier namelijk vatbaar voor bepaalde aandoeningen en het kan zijn levensverwachting sterk doen dalen.

U zult daarom wel begrijpen dat het erg belangrijk is dat u een dier met overgewicht doet vermageren en vervolgens zijn ideale leeftijd helpt te behouden.

Dat kunt u doen met een speciale caloriearme voeding en onder begeleiding van uw dierenarts.

Bij het bepalen van de portie waarmee uw dier gewicht kan verliezen wordt namelijk rekening gehouden met verschillende factoren, die van dier tot dier verschillen.  Uw dierenarts kan u advies geven over welk dieet geschikt is, welk gewicht haalbaar is en hoe lang het zal duren voor uw dier dat gewicht kan bereiken.  Hij zal u ook advies geven over wat u kunt doen om uw dier zijn ideale gewicht te laten behouden.

Aarzel niet en vraag advies aan uw dierenarts.

25% van de honden en katten die op consultatie komen bij de dierenarts lijden aan overgewicht, wat neerkomt op een op vier. 

Dit alarmerende cijfer moet elk baasje aanzetten om over het figuur van zijn hond of kat te waken.  Elke vorm van overtollig gewicht vorm een belasting voor de algemene gezondheid en maakt het dier vatbaar voor verschillende aandoeningen.

Overgewicht ontstaat langzaam doordat het dier meer energie opslaat dan dat het verbruikt.  De ingenomen calorieen die niet verbruikt worden, worden opgeslagen in de vorm van vet.  Het resultaat is een overmatige opstapeling van vetten in het lichaam.

Van bepaalde rassen (zoals de Labrador) is bekend dat ze gemakkelijk verdikken, maar dat houdt niet in dat deze dieren gedoemd zijn om dik te worden.  Met een goede gezondsheidsvoeding kunnen ze gemakkelijk hun ideale gewicht behouden.

Een gesteriliseerd dier hoeft ook niet noodzakelijk te verdikken.  Met een aangepaste voeding, een dagelijkse hoeveelheid voeding die is afgestemd op zijn levenswijze en voldoende lichaamsbeweging kunt u dit voorkomen.

Er zijn talrijke oorzaken van overgewicht en ze verschillen sterk van aard.  De meest voorkomende is echter een onevenwichtige voeding.

Misschien zijn de voeding en/of de dagelijkse hoeveelheid voeding niet aangepast aan uw hond of kat, aan zijn activiteitsgraad en/of zijn verteringscapaciteit. 

De behandelende dierenarts kan de precieze oorzaak achterhalen.

Honden en katten met overgewicht zijn meer vatbaar voor bepaalde aandoeningen:

• Lagere levensverwachting: het is bewezen dat honden met overgewicht minder lang leven dan honden met een normaal gewicht.
• Osteo-articulaire aandoeningen (zoals artrose): een pup met overgewicht loopt een groot risico om ook op volwassen leeftijd te dik te worden. 
  Bij de grote rassen kan dit overtollige gewicht zelfs gewrichtsporblemen veroorzaken, die soms ongeneeslijk zijn. 
  Dieren met overgewicht die aan artrose lijden belanden gemakkelijk in een vicieuze cirkel: hoe dikker het dier wordt, hoe minder hij beweegt.  Terwijl geregelde lichaamsbeweging een essentiele factor is om de artrose te verbeteren.
• Hart-en ademhalingsproblemen
• Verhoging van het vetgehalte in het bloed: een grote vetmassa bevordert de ontwikkeling van cholesterol en triglyceriden in het bloed.
• Suikerziekte: verhoogd risico bij een operatie of narcose.
• Daling van de huid- en vachtkwaliteit
• Afname van de immuniteit
• Verhoogd risico op een operatie en/of narcose
• Kans op melkkliertumoren bij de teef

Het is belangrijk dat u zijn gebruikelijke voeding (die niet ontwikkeld is om uw dier te laten vermageren) vervangt door een caloriearme dieetvoeding en dat u daarnaast geen andere voeding of snoepjes geeft.

Met dit dieet wilt u natuurlijk bereiken dat uw dier gewicht verliest, maar tegelijk is het de bedoeling om ook zijn eetgewoonten te veranderen, zodat hij nadien niet opnieuw verdikt.

Daartoe moet u:

• De hoeveelheid voeding die u mag toedienen nauwkeurig afwegen.  Dit is een kleine moeite, maar ze is essentieel om te controleren hoeveel uw dier precies eet.
• Verdeel deze hoeveelheid over de twee (of beter: drie) maaltijden die uw dier op een dag krijgt.

1. Als uw hond pas in uw gezin aankomt, blijf dan de voeding gebruiken die hij gewoon is.  Om de stress die deze verandering met zich meebrengt te beperken, kunt u best zijn gebruikelijke voeding nog enkele dagen blijven gebruiken en vervolgens een overgangsperiode inlassen om spijsverteringsproblemen te voorkomen.
2. Laat uw hond met rust wanneer hij eet.  De hond kan uw aanwezigheid als een bedreiging ervaren (hij vreest dat u zijn eten wilt afpakken).  Plaats zijn bakje daarom op een rustige plaats en laat hem alleen terwijl hij eet.
3. Geef tijdens uw maaltijd geen eten aan uw hond.  Tafelresten zijn niet aan te bevelen omdat ze het voedingsevenwicht verstoren en de hond doen verdikken (het volume wordt meestal onderschat).  Bovendien verstoort het de hond als iemand van het gezin hem met zijn hand zijn eten aanreikt.
4. Dwing uw hond niet om te eten en laat hem niet uit uw hand eten.  Door uw hond te dwingen om te eten stimuleert u overgewicht en zwaarlijvigheid.
5. Voeg niets aan de voeding toe dat uw hond moet aanzetten om te eten.  Als u stoffen toevoegt om de honger op te wekken (bv olie) kan uw hond beginnen eten zonder honger te hebben, waardoor hij sneller zal verdikken.
6. Neem het bakje van uw hond niet weg terwijl hij aan het eten is.  Als u uw hond tijdens het eten stoort, zal hij stress krijgen en zijn bakje willen verdedigen.
7. Geef geen snoepjes aan uw hond omdat u zich schuldig voelt of om hem te begroeten.  Voeding gebruiken om contact te leggen met uw hond is een fout die uw hond zwaarlijvig kan maken.  Uw hond geeft zelf de voorkeur aan sociale contacten: streel hem of speel met hem.
8. Verwen uw hond niet met een 'zondagse maaltijd'.  Een uitgebreide maaltijd geven, die verschilt van de gebruikelijke voeding, kan het voedingsevenwicht en de darmflora van de hond verstoren (kan op diarree).
9. Gebruik voeding niet als een middel om uw hond te plezieren.  Een correct gevoede hond heeft zelden echt honger.  Uw hond heeft niet zozeer nood aan voeding, maar vooral aan contact met u en met andere honden.
10. Maak u geen zorgen als uw hond een andere hoeveelheid voeding eet dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden.  De hoeveelheden die op de verpakking van de voeding vermeld staan zijn slechts indicatief.  U kunt ze aanpassen aan uw dier en zijn activiteitsgraad.